We worden overspoeld door horecazaken, hoor ik de Venlonaar geregeld zeggen. Ja, dat klopt, antwoord ik dan. Keuze genoeg, van kleine eetcafés en brasseries tot sterren- of sterrenwaardige restaurants. Met al dat aanbod rijst de vraag: waar gaan we eten vanavond? En daarnaast, niet geheel onbelangrijk: wat gaan we eten?
Tekst: Alex Khanna (freelance kok) | Beeld: Leon Vrijdag
Over dat laatste wil ik het met u hebben in mijn eerste column voor het nieuwe medium VenloVanbinnen. Een column waarin ik u zo’n beetje maandelijks op de hoogte wil brengen van al het moois, bijzonders en spraakmakends dat de Venlose horeca u te bieden heeft.
Ik ga echter van start met iets minder moois: het gebrek aan vakbekwame mensen waardoor we inleveren op kwaliteit en diversiteit. Vast niets nieuws voor u. Maar, zo vraag ik me af, waarom kiest de jeugd niet meer voor het mooie vak van kok, van vakbekwame, goed onderlegde horecaman of –vrouw? Nog even en op de Venlose menukaarten staat overal saté, carpaccio, sushi en crème brûlée. Terwijl we in Venlo een geweldig mooie opleiding voor koks, gastheren en –dames en hotelmanagement hebben. Daarnaast staan veel ervaren horecaondernemers in Venlo te springen om hun kennis door te geven aan volgende generaties. Laten we hopen dat dit zo breed mogelijk gebeurt. Want ik moet er toch niet aan denken dat over een aantal jaren het gros van de horeca bestaat uit tapasrestaurants.
Verder zie ik een hemeltergende verbastering van gerechten. Laatst ging het over waterzooi. Iemand merkte op dat hij dacht dat het een soepie was… Een soepie… Waterzooi is een geweldig gerecht, al decennialang bekend. Nou ja, zei de persoon in kwestie, kan het niet gewoon wat commerciëler, die naam. Mijn reactie laat zich raden: geen denken aan. Weet wat je eet, zo maakte ik hem duidelijk.
Zo kan ik tientallen, honderden voorbeelden noemen van gerechten waar veel mensen de oorsprong niet meer van kennen, laat staan hoe zo’n gerecht daadwerkelijk geserveerd dient te worden. Om er maar een te noemen: carpaccio komt niet uit de vriezer en wordt niet gemaakt van kleine ronde plakjes uit de snijmachine, beste mensen. Het is vers geslagen ossenhaas, gemarineerd naar keuze. Ik heb het jaren geserveerd en verbazingwekkend genoeg hoorde ik dagelijks ‘zo heb ik hem nooit gehad’.
Maar goed, ter afronding, mijn voorkeur gaat dus uit naar pure smaken zonder veel poespas, gerechten die vakkundig zijn gemaakt, met eerlijke ingrediënten. Geen halffabricaten, pakjes en maar een klein beetje liefde. En zo zijn er gelukkig nog veel geweldige horecaondernemers in Venlo actief, vakmensen met passie voor hun werk, die niet het geijkte pad kiezen, maar creatief durven zijn. Dus, met andere woorden, geef eens een euro meer uit en bezoek een van die geweldig mooie horecazaken in onze stad.