Column: Jac Buchholz | Beeld: Peter Janssen
Wellicht dat heel wat Venlonaren het verhaal al kennen, mij was het echter tot voor kort onbekend. Omdat ik vermoed dat er meer mensen in dat schuitje zitten, vertel ik het hier toch maar. Waarbij ik begin bij Bob Marley, of althans zijn biografie. Wie over Marley leest, ontkomt niet aan een stukje geschiedenis van de reggae. Die was er eerder dan Bob, maar zou zonder hem vrijwel zeker veel minder groot zijn geworden. En wie leest over reggae, kan niet heen om de historie van Jamaica.
Zo kom ik bij mijn verhaal. Als we enkele eeuwen teruggaan in de tijd komen we uit bij wat niet meer is dan een voetnoot in de Jamaicaanse geschiedenis, maar toch. Het begint met twee vrouwen, Anne Bonny en Mary Read. Twee uitzonderlijke vrouwen. Want wat deden ze? Ze verkleden zich als man. Waarom? Om deel te kunnen uitmaken van een scheepsbemanning. Niet zomaar een bemanning, maar de bemanning van een piratenschip. Kapitein van dat schip was ene John Rackham, die onder meer de wateren rondom Jamaica onveilig maakte en op een gegeven moment werd opgepakt en op het Caribische eiland werd opgeknoopt. De twee vrouwen, met wie hij allebei een relatie had, ontsprongen de dans omdat ze zwanger waren.
De bijnaam nu van John Rackham was Calico Jack – Calico vanwege de kleurrijke kleding die hij droeg. De trendy zaak op de Venlose Parade draagt dus de naam van een piraat en is niet een of ander creatief eigentijds verzinsel. Overigens is die naam eerder dit jaar veranderd in Calico Club omdat de winkel deel is gaan uitmaken van een groter geheel.
Hoewel ik niet tot de doelgroep van de winkel behoor, ben ik er wel eens binnen geweest. Bijzondere zaak waar mensen van heinde en verre op af komen – klanten met oog voor bijzondere mode. Calico Jack/Club zou in een grote stad niet misstaan. Wat overigens geldt voor meer winkels in de Venlose binnenstad. Waar heel wat ondernemers actief zijn met een winkel met een eigen gezicht. Winkels die kwaliteit aan de binnenstad toevoegen.
Dat is goed nieuws voor de bedenkers en uitvoerders van het Plan binnenstad 2030. Kern van dat plan is dat het Venlose winkelcentrum in 2030 een kwaliteitsimpuls heeft ondergaan, iets waarmee inmiddels is begonnen. Het winkelgebied wordt onder meer compacter, de uitstraling van de panden wordt (waar nodig) verbeterd, historische panden krijgen hun authentieke uitstraling terug en het winkelaanbod wordt aantrekkelijker.
Wat dat laatste betreft is de basis dus al aanwezig. Er zijn zogezegd al heel wat bijzondere winkels te vinden in Venlo. De uitvoerders van het ambitieuze plan hoeven dus niet bij nul te beginnen. Als er tot 2030 jaarlijks steeds een paar van die kwaliteitswinkels bij komen, dan moet het met de ambities van Plan binnenstad zeker goed komen. Al is het wel te hopen dat die inspanningen ook hun weerslag hebben op het winkelende publiek in de binnenstad.