Column: Jac Buchholz | Beeld: Peter Janssen
Wanneer je, net als ik, frequent aan het begin van de avond door de Venlose binnenstad wandelt, ben je blij dat de feestverlichting ondanks de energiecrisis toch nog brandt. Dat de winkeletalages, opnieuw ondanks de energiecrisis, sfeervol zijn verlicht. Het zijn de donkere dagen voor kerst en verlichting biedt dan een beetje gezelligheid.
Het onlangs heropende Ald Weishoès is er eveneens een goed voorbeeld van. Sinds kort lopen er weer mensen in en uit en brandt er ’s avonds licht achter de ramen. Het zorgt voor een soort niet voelbare maar wel waarneembare warmte. Zo was ik bijvoorbeeld eveneens blij dat op enig moment de Primark aan de Oude Markt werd geopend, hoewel het niet echt mijn winkel is (eufemisme). Daarmee kwam er een einde aan de somberheid en donkerte in die hoek. Dat het halve stadsbestuur kwam opdraven voor de openingshandeling vond ik wel wat veel eer, maar vooruit.
Voordeel van een wandeling ’s avonds door de stad is dat je wat meer oog hebt voor details. Zo zag ik dat het voormalige Rabobankgebouw aan de Peperstraat weer in (andere) functie is, dat de ING Bank vertrokken is van de Keulsepoort en dat Randstad weer een nieuwe locatie heeft gevonden. Ik constateerde eveneens dat ondanks twee jaar coronacrisis, ondanks een energie- en inflatiecrisis en ondanks de concurrentie van het shoppen vanuit de luie stoel er nog genoeg mensen zijn die het aandurven een fysieke winkel te beginnen. Waardoor de leegstandcijfers in de Venlose binnenstad wat zijn gedaald. Sommige nemen een zaak over, anderen beginnen iets nieuws. Winkels soms die een uiting van de tijdgeest zijn. Want nee, we hadden vroeger geen massagezaken (in het winkelgebied), geen nagelstudio’s en geen tattooshops. Een avondwinkel… niet in Venlo. We hebben nu zelfs een vape en nog wat shop, waarvan ik nauwelijks een idee heb wat je er zoal kunt krijgen.
Minder leegstand dus, al lijken sommige panden maar niet aan de middenstander te brengen. Van één specifiek pand vind ik dat bijzonder jammer. Een heel klein pand eigenlijk, met een sprookjesachtige uitstraling mede dankzij fraai houtwerk tegen de gevel. Inderdaad, het sprookjespand aan de Vleesstraat, tegenover HEMA. Ooit werden er dierenbenodigdheden verkocht, maar dat is heel lang geleden. Daarna vond iemand dat ze er een soort ramsj voor spijkerbroeken van moesten maken. Gelukkig geen lang leven beschoren. Bijna hadden ze er de monumentale trap uit gesloopt, was alles wat het pandje bijzonder maakt onder de slopershamer verdwenen. Daar werd een stokje voor gestoken. Nu ligt het er verloren bij, op een locatie waar het niet echt past – wat misschien wel bijdraagt aan de al jaren en jaren durende leegstand. De kleine winkeloppervlakte zal er tevens debet aan zijn. Een groot te-huur-bord wekt de indruk dat de eigenaar een internationale beleggingspartij is.
Ik zou de mensen van dat bedrijf willen verzoeken: doe het pand van de hand. Geef het terug aan Venlo. Laat voor even niet de cijfers maar jullie hart spreken. Laat een Venlose vastgoedbezitter het overnemen, doneer het aan de Venlose bevolking. Doe om het even wat, als we dat pittoreske pand maar kunnen opknappen. Een bestemming kunnen geven. Er een eyecatcher in de Vleesstraat, in de Venlose binnenstad van kunnen maken. We gaan er tekeningen van Anton Pieck verkopen, boeken met sprookjes van Moeder de Gans, de Gebroeders Grimm, Hans Andersen. Of om het even welke passende producten. Als er maar weer leven komt in een van de meest bijzondere panden in de Venlose binnenstad, het sprookjespand.