Eerder deze week berichtten we over dat de O.L. Vrouw van Genooi-Kapel is opgenomen in een nieuwe fietsroute naar uiteenlopende Mariabedevaartsoorden: Marialint Limburg. De kapel is tevens onderdeel van de route naar Santiago de Compostella. Dan is het mooi dat er bij de kapel pelgrimskamers liggen, als onderdeel van B&B Pelgrimshoes Genooierhof. Maar waar de B&B-kamers continu gasten trekken, blijkt het met de aanloop van pelgrims heel erg mee te vallen. “De kapel is geen eindpunt van een etappe.”
Tekst: Jac Buchholz | Beeld: VenloVanbinnen
De bekende Venlose architect Geert Mevissen – “ik ben nog altijd parttime aan de slag” – en zijn echtgenote Liesbeth zijn sinds voorjaar 2016 uitbaters van Bed&Breakfast Pelgrimshoes Genooierhof. Dat voor de naam Pelgrimshoes werd gekozen, zegt Mevissen, is het gevolg van een samenloop van omstandigheden. “Kapelaan Leo Brueren, lange tijd actief in het kerkelijk leven van Venlo, opperde ooit dat er bij de Kapel van Genooi kamers voor pelgrims moesten komen. Toen mijn vrouw en ik hier begonnen wisten we dat de kapel pelgrims trok die op weg waren naar Santiago de Compostella. Zo zijn we bij die naam gekomen.” Hij lacht. “Achteraf gezien hadden we beter kunnen kiezen voor Kapelboerderij Genooierhof. Uit bouwkundig-historisch onderzoek bleek nog niet zo lang geleden dat dit de enige boerderij in Nederland is met een volwaardige kapel – dat zie je ook als je rond het gebouw loopt – maar daar kwamen we dus pas veel later achter.”
Schurk
Begin met Mevissen over het gebouwencomplex aan de rand van Venlo – kapel, voormalige boerderij en voormalig bijgebouw – en er volgt een uitgebreide en gedetailleerde geschiedenisles over de locatie. Waar, vertelt hij, in 1340 bij huisvesting van nonnen al sprake was van een kapel. Een kleine eeuw later verrees er bij die kapel een nonnenklooster van de zusters Annunciaten. “Dat werd in 1582, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, leeggeplunderd, compleet vernield en in brand gestoken door Willem van Oranje en zijn troepen, de schurk. Het klooster was namens hem als plunderbuit aangewezen om het uit huurlingen bestaande leger te betalen. Je moet bedenken dat hier vooral bemiddelde nonnen zaten, dochters van rijke boeren en de adel, dus er was volop buit en de nonnen die het overleefd hadden vluchtten naar Roermond.” De bakstenen in de puinbergen van het klooster werden vervolgens verkocht aan de gemeente Venlo, ter verdere uitbreiding en versterking van de stadsmuren.

Deur naar de pelgrimskamers. De trap is optilbaar en erachter bevindt zich de voormalige sacristie
Wit
De nonnen keerden na een aantal jaren terug naar Venlo, maar waar eens het klooster lag lieten ze in 1609 een hoeve bouwen, De Genooierhof. In 1631 werd als dank dat de orde in Venlo zo’n goed thuis gevonden had, een vrijstaande kapel gebouwd gewijd aan Maria. In de Napoleontische tijd werden alle geestelijke ordes verboden en vertrokken de nonnen opnieuw, naar Westmalle. Nadat Napoleon was verslagen kregen de zusters Annunciaten hun bezit in Genooi weer terug. Zij bleven echter in Westmalle en deden hun bezit in 1829 over aan de Sint Martinusparochie. Het kapelletje, gebouwd naar het voorbeeld van de kapel van Loreto in Italië, legt Mevissen uit, was oorspronkelijk van binnen en buiten wit. . “Om de maagdelijkheid van Maria te benadrukken. Toen de bekende architect Pierre Cuypers in 1916 het verzoek kreeg voor een uitbreiding, opteerde hij aanvankelijk voor handhaving van de oorspronkelijke witte kapel met daaromheen nieuwbouw met roodbruin metselwerk en platte daken. De definitieve tekening, volgens welke de uitbreiding gebouwd is, laat duidelijk zien dat alles, oud en nieuw, wit afgewerkt zou moeten zijn. Daar werd niet aan voldaan. Wellicht is dat de reden dat hij er bij de plechtige opening niet bij was.” De oorspronkelijke kapel, zo heeft Mevissen ontdekt, bleef wel nog enkele jaren wit. “Het zou mooi zijn als in 2031, als de kapel 400 jaar bestaat, die weer in de originele kleur wordt teruggebracht – uit respect voor Maria.”
Bouwvallig
Hij vertelt dan hoe de kapel vanwege de boerderij en vele bijgebouwen een tijdlang niet goed bereikbaar was. “De kerk besloot daarop alle bebouwing te laten afbreken en tussen een nieuw gebouwde boerderij en tegenoverliggend bijgebouw – waar sinds een jaar of tien De Genuujerie in is gevestigd – een laantje aan te leggen; dat was in 1846. Daardoor werd de kapel veel beter bereikbaar. De boerderij werd verpacht.” Lange tijd was het een boerenbedrijf, tot koster Jacobs zich er vestigde en later de drankenhandel Deckers. Die moest volgens Mevissen in 2013 vanwege zijn hoge leeftijd verhuizen. Daarna lag het gebouw een tijd leeg en werd het meer en meer bouwvallig. “Toen kwamen mijn vrouw en ik in beeld. Via via hoorden we dat de kerk graag zag dat het gebouw zo snel mogelijk een nieuwe functie zou krijgen en daarmee een opknapbeurt. Wij legden onze plannen voor een B&B uit en uiteindelijk werd daar voor gekozen.”

Voormalige sacristie
Sacristie
Niet lang daarna startte het echtpaar met het renoveren van de voormalige boerderij, die in nog slechtere staat verkeerden dan ze hadden verwacht. “Er stond bijvoorbeeld een muur 11 centimeter uit het lood.” Mevissen geeft aan dat ze zo veel mogelijk de authentieke sfeer hebben behouden. Daarom veel betonnen vloeren. “Dat oogt wellicht modern, maar vroeger hadden de stallen hier ook betonnen vloeren. Dat zie je nu terug. Daarom geen tegels en geen tapijten.” Oorspronkelijke elementen als de balkenplafonds zijn hersteld en verder zijn oude onderdelen waar mogelijk in het gebouw verwerkt. Meest bijzondere aspect is wel de kapel op de kopse kant, toont Mevissen, nog altijd dagelijks in gebruik om een kaarsje in op te steken. Hij gaat voor naar de voormalige sacristie, tegenwoordig van de kapel afgesloten. “Kijk, hier was een rondgang waar vanuit je de kapel kon bereiken. De doorgang is echter dichtgemetseld. Maar tot 1916 zijn er missen gehouden; uniek voor Nederland. Als een boerderij al een kapel had, was het niet meer dan een nis.
Stempel
De voormalige sacristie bevindt zich in een souterrain en is bereikbaar door een beweegbare trap op te tillen. Die trap leidt naar wat eigenlijk de aanleiding van dit verhaal is: de pelgrimskamers. Maar die worden, geeft Mevissen aan, zelden tot nooit gebruikt. “De kapel is geen eindstation van een etappe in de route. Er komen wel geregeld pelgrims langs om een stempel te halen, als bewijs dat ze de Kapel van Genooi hebben bezocht. Voor corona uitbrak hadden we een enkele pelgrim op bezoek – en is de Stichting St. Jacob hier nog aan haar pelgrimage begonnen. Na corona hebben we geen logerende pelgrims meer gehad. Maar aan de B&B hebben we daarentegen de handen vol. Dus ga ik nu weer aan de slag, want nieuwe gasten zijn alweer onderweg.”

Pelgrimskamer