Zo’n half jaar lang was het stil in de gebouwen van de hoger en universitair onderwijsinstellingen in Venlo. Zo ook bij Fontys Hogescholen. Sinds vorige week is er echter weer beweging. Vanwege de coronamaatregelen is dat wel beperkt. Het merendeel van de lessen vindt nog steeds online plaats. “Niet ideaal, je mist interactie, maar we hebben er ook het een en ander van geleerd.”
Tekst: Jac Buchholz | Beeld: VenloVanbinnen/Fontys
Zo’n 3.600 studenten telt Fontys in Venlo. Maar daarvan kunnen er momenteel maximaal 1.355 tegelijk het gebouw in, vertelt directeur Bram ten Kate (foto links). “Dat is een ideaalbeeld, op basis van het aantal vierkante meter oppervlak. In de praktijk zijn het er minder.” Omdat er per afzonderlijke ruimte ook weer een maximaal aantal geldt, geeft hij aan. “Bij iedere ruimte hangt nu een bordje met hoeveel mensen er in mogen. Tel je dat op dan zit je onder de 1.355.”
Wennen
Nee, dat is niet leuk, maar Ten Kate is allang blij dat er weer reuring is. “Gelukkig, er zijn weer studenten dacht ik toen een week of wat geleden de eerstejaars zich meldden voor de introductie.” De borden op de ruimten zijn niet de enige maatregelen, geeft hij aan. Er zijn bijvoorbeeld ook looplijnen uitgezet, de ventilatie staat 24 uur per dag aan, met wifi wordt gecontroleerd of er niet te veel mensen in het gebouw zijn en de conciërges houden eveneens toezicht op het naleven van de maatregelen. “Verder is het denk ik een kwestie van wennen. Al lukt het nooit helemaal om bijvoorbeeld continu 1,5 meter afstand te houden. Dat zag je al op de eerste dag van de introductie. We hadden op de parkeerplaats vakken gemaakt, maar mensen hebben toch de neiging even naar iemand toe te lopen.”
Aangepast programma
Dat zal zeker voor de eerstejaars studenten gelden die in een voor hun vreemde omgeving met veel nieuwe gezichten terecht zijn gekomen? Docenten Stefan Sobek (opleiding Informatica, foto midden) en Patrick Scheijvens (opleiding Pabo, foto rechts) beamen dat. “Die beginperiode is voor eerstejaars heel belangrijk. Tijdens zo’n introductieweek leren ze elkaar, de school en ook de stad kennen. Dat ging dit jaar wat lastiger al hebben we dat met een aangepast programma deels weten te ondervangen.” Sobek geeft aan dat ernaar is gestreefd eerstejaars studenten zo veel mogelijk op school les te geven. “Maar we ontkomen niet aan online lessen omdat ook studenten in de hogere klassen eveneens geregeld op school moeten zijn, al is het maar voor praktijklessen.”

Eerstejaars Pabo-studenten
Nabijheid
Patrick Scheijvens merkt op dat zeker op de Pabo nabijheid een belangrijk gegeven is. “Dat mag nu niet. Je ziet dat studenten daar nog wat onwennig mee omgaan.” Ook hij denkt dat het grotendeels een kwestie van wennen is. “De situatie zoals die nu is, blijft zeker het eerste semester, dus tot begin volgend jaar zo. Dat biedt in ieder geval duidelijkheid.” Volgens Stefan Sobek zijn de roosters zodanig ingedeeld dat de combinatie schoolbezoek en online les zo efficiënt mogelijk is. “Er wordt bijvoorbeeld met reistijd rekening gehouden en als studenten naar school komen is dat in blokken van een aantal uren en niet versnipperd.” Scheijvens noemt verder voor de Pabo de samenwerking met opleidingsscholen in de regio. “Dat zijn ook plekken waar we onze studenten kunnen zien.”
Online ondersteuning
Veel lastige aspecten, beperkingen dus, maar Ten Kate, Sobek en Scheijvens weten ook een positieve draai aan de afgelopen periode te geven. “Vooropgesteld, leuk was en is het niet. Maar we hebben er wel veel van geleerd. Onder meer op het vlak van online les geven. Het zogenaamde ‘blended learning’ heeft een impuls gekregen. Nee, tegen een scherm praten zonder iemand te zien is niet prettig – je weet niet of en met wie je contact hebt. Maar we zien wel allerlei mogelijkheden om lessen op school in de toekomst veel nadrukkelijker te ondersteunen met online content. Dat je online een vraagbaak creëert met tips, filmpjes, verwijzingen naar literatuur en noem maar op.”
Bram ten Kate tenslotte: “Als onderwijsinstelling zijn we voortdurend met innovatie bezig. Daar gaan we de kennis die we nu vergaren over online lesgeven nadrukkelijk in meenemen. Dankzij de brede ervaring die we momenteel wat dat betreft opdoen.”