Tja, waar zal ik eens beginnen? VenloVanbinnen heeft me gevraagd om mee te werken aan hun initiatief en iets (leuks) te schrijven over eten, restaurants, over de horeca in zijn algemeen. Een column noemen ze dat. Nou zult u wel denken: daar heb je weer zo iemand die denkt dat-ie een leuk stukje kan schrijven. Sterker nog, de zichzelf respecterende schrijvers/journalisten onder u zullen ongetwijfeld denken: schoenmaker blijf bij je leest, of in dit geval kok blijf bij je kookpot. En eerlijk gezegd moet ik ze daar gelijk in geven. Ieder zijn specialisme. Waarom iets gaan doen wat een ander beter kan.
Tekst: Pieter Steenkist (Brasserie Sur Place) | Beeld: Leon Vrijdag
In mijn vak is dat namelijk ook zo. Ik kom ze regelmatig tegen: de hobbykoks die menen dat ze het wel beter weten en kunnen. Enthousiastelingen die denken dat een restaurantje runnen romantisch en gezellig is. En dan heb je nog de waaghalzen die zonder kennis of ervaring een ‘tentje’ beginnen; meestal zonder succes, uitzonderingen daargelaten.
U kent ze waarschijnlijk ook. Slaan thuis in de keuken wellicht nog wel een redelijk figuur, maar een horecazaak met tientallen wachtende gasten is toch heel wat anders. Je hebt er ook die geen kookprogramma overslaan en altijd wat hebben aan te merken op de presenterende chef. En dan zijn er natuurlijk de durvers die er in een of andere realityshow achter komen dat koken in de eigen keuken, zonder druk van wie of wat dan ook – hooguit van zichzelf, heel wat anders is dan koken in een restaurantkeuken.
Maar goed, je hebt uiteraard hobbykoks die het niet slecht doen. Al doende leert men, is dan het motto. Dat kan echter ook voor mij gelden, hobbyschrijver die niet tegenvalt. Nee, niet dat ik ooit zo bedreven wordt met de pen als met de potten en pannen, maar wie weet krijgt dit schrijfsel over een paar weken een vervolg. Of luidt tegen die tijd de conclusie dat ik, zoals ik hierboven omschreef, één van die waaghalzen zonder succes ben.
De toekomst zal het uitwijzen.